
Advies aan mezelf: trek je bek nou eens open!
Hoewel ik regelmatig racisme ervaar, maak ik weinig tegengeluid. Een half jaar geleden maakte iemand een opmerking naar me die ik niet zo snel meer vergeet.
Het is een mooie zomerdag in juni. De zon staat hoog aan de hemel en een zachte bries laat mijn haren af en toe opwaaien. Twee minuten geleden stormde ik nog gehaast binnen en nu sta ik tafeltjes te boenen op het terras van de Italiaan bij mij om de hoek. Twee mensen lopen het terras op. Ik draai mijn gezicht naar ze toe en glimlach vriendelijk. De ene persoon is een wat gezette man en naast hem loopt een vrouw met roodgeverfd haar. Voordat ik ze kan begroeten zegt de man met een harde stem: “Hè, ben ik nou op de verkeerde plek?”
Mijn wenkbrauwen trekken naar elkaar toe. De man praat verder: “Ja, ik zie jou aan het werk en ik dacht even dat ik bij de Chinees was”, vervolgens lacht hij. Ik slik de brok in mijn keel weg en stamel: “Haha, nou u bent gewoon bij de pizzeria hoor.” Met mijn blik neergeslagen richt ik mij weer op het boenen van de tafels terwijl het stel naar binnen loopt.
Dit is een van de situaties waarin ik beoordeeld word op mijn Chinese afkomst. Woorden als ‘kanker Chinees’, ‘spleetoog,’ ‘loempia’ of ‘bamischijf’, worden naar mij geroepen als ik op stap ben of gewoon overdag over straat loop. Elke keer wordt mijn neus op de feiten gedrukt: ik zie er anders uit. Toch doe ik er niks tegen. Ik deel geen activistische berichten over racisme op mijn social media, ik durf niet in te gaan op mensen die mij discrimineren én ik was niet bij de ‘Stop Asian Hate’ demonstratie in Amsterdam. Waarom ik dit niet doe? Ik ben bang voor de reacties van anderen. Opmerkingen dat ik mij niet moet aanstellen en dat ik tegen een grapje moet kunnen. Kijk eens in de reacties van nieuwsberichten die over racisme gaan. Daar wordt regelmatig gezegd dat ‘ze’ in Nederland ook helemaal niks meer mogen. Bullshit, denk ik dan. Iemand beledigen of discrimineren is in geen enkel geval goed te praten. Hoe ‘onschuldig’ het ook bedoeld is, het zorgt ervoor dat mensen zich ongemakkelijk en beoordeeld voelen. Dat moet stoppen.
Ik moet me toch maar eens voornemen om mijn bek open te trekken.
Dit vind je misschien ook leuk

Laatste zomer, hoofdstuk 1
24 juni 2021
Documentaire Hans van Manen: van oud naar jong richt zich niet op een breed publiek
24 juni 2021